Geschiedenis

“Vita discipulorum brevis, sed vita Arboricultura aeterna est!”

of zoals we in het Nederlands zeggen: ‘Het studentenleven is kort, dat van Arboricultura is eeuwig’

Arboricultura (= het in cultuur brengen van bomen) werd in 1908 in de melksalon van Stolker, Boskoop opgericht door Karel Jan Perk jr., Jan Niemeijer en Henri Roeters van Lennep als vereniging voor leerlingen en oud-leerlingen van de Rijkstuinbouwschool. In 1910 krijgt de vereniging een naam, bedacht door een oud-directeur van de Rijkstuinbouwschool. De vereniging was in eerste instantie enkel een gezelligheidsvereniging, maar kreeg steeds meer een vormende functie. De activiteiten bestonden uit een wekelijkse sociëteitsavond en een lezing in het vakgebied. In 1911 telde de vereniging 45 leden, twee jaar later waren dat er 79 en 24 donateurs.

Gedurende de Eerste Wereldoorlog wordt de vereniging voorlopig op non-actief gesteld. Pas zeven jaar later, met de viering van het 3e lustrum van Arboricultura, dat samenvalt met het zilveren jubileum van de school, komt de vereniging weer tot leven. Dit mede door het toenemende aantal leerlingen van de Indische cursus. Dankzij het feesten wordt de vereniging weer nieuw leven ingeblazen. Vooral bekend was het bestuur van 1935-1936, dat op 15 maart 1935 het blad Cultor oprichtte, de voorloper van het huidige verenigingsblad Trans. Het blad heeft tot doel de illustrator te zijn van de gebeurtenissen in en rond Boskoop, waaronder een aardbeienfuif met slagroom op de muren ter kennismaking van de nieuwe leerlingen, dit gevolgd door een nachtwandeling met aansluitend naakt zwemmen. Ook wordt er een Indische avond georganiseerd met Javaanse dansen en folklore. De hoogtepunten in het verenigingsleven zijn de fuiven, één aan het begin van het schooljaar, één rond Kerstmis, één rond Pasen en als laatste een eindfuif waar geslaagden feest vierden en gezakten proberen hun tegenslag te vergeten. Daarnaast wordt iedere vijf jaar het lustrum groots gevierd.

Het verenigingsleven blijft actief ondanks de druk van de Tweede Wereldoorlog. Er worden nog steeds wedstrijden gehouden en toneelvoorstellingen gegeven. Het verenigingsleven gaat door, ook al zijn er financiële moeilijkheden en is er gebrek aan faciliteiten. Als in 1945 de lessen weer worden hervat, begint ook Arboricultura weer te bloeien, hetgeen zich uit in het vieren van het 8e lustrum in 1948, gelijktijdig met het gouden feest van de RTS. Dat de leden niet alleen feesten blijkt zeker ook tijdens de watersnood van 1953. Studenten helpen mee om de dijken te dichten en de grote voorraden aardappelen te bergen, die onder 30 centimeter water in de klei zitten.

In 1972 gaat Arboricultura met de studentenvereniging Thyrsus van de HTO (Hogere Tuintechnische Opleiding) samen. Met dit samengaan wordt Arboricultura de studentenvereniging van zowel de RTS als de HTO.

De RTS en de HTO ondernemen nu samen activiteiten waardoor de onderlinge sfeer verbetert. De sociëteit als middelpunt van Arboricultura, krijgt in 1968 na veel omzwervingen eindelijk een eigen onderkomen aan de Korte Biezen. In 1976 verhuisd de vereniging naar De Rinkelbel, de voormalige kleuterschool aan de Azalealaan. Sindsdien groeit de vereniging gestaag en neemt het aantal activiteiten toe. De ontgroeningweek verandert in een introweek, waarin Zinkelingen (nieuwe studenten) elkaar kunnen leren kennen. Gezamenlijk worden prunussen gerooid op de Utrechtse Heuvelrug en ‘s avonds wordt er gezellig feest gevierd. Vele activiteiten worden geregeld, zoals sportdagen, uitjes naar culturele activiteiten, films en nog veel meer.

Heden

Toen in 1988 de verschillende opleidingen van de toenmalige Internationale Agrarische Hogeschool Larenstein (tegenwoordig Hogeschool Van Hall Larenstein) gingen fuseren en in 1993 in één gebouw in Velp gingen, verhuisde Arboricultura mee naar Velp. Na lang zoeken werd een geschikt onderkomen gevonden; het voormalige Velps Veilinghuis. Samen met de vereniging verhuisde ook het begrip Gaît mee. Deze naam hebben de leden van Arboricultura aan de Boskopers te danken. Toen de school daar nog huisde, moesten de leerlingen veel planten en struiken aan hun tak herkennen. Deze planten werden vaak gesnoeid en uit tuinen gehaald om deze beter te kunnen bestuderen. De Boskopers zagen dit verschijnsel vaak en zagen de gelijkenis met een geit (in het Boskoops ‘Gaît’). Deze naam werd in de loop der jaren als erenaam verheven. Dit is ook de reden dat dit dier op het wapen van de vereniging prijkt.

Na bijna 17 jaar in het Velps Veilinghuis te hebben gezeten is de vereniging eind 2009 noodgedwongen verhuisd naar een tijdelijke locatie op het terrein van Hogeschool Van Hall-Larenstein. Na hier een half jaar te hebben gezeten werd een definitieve locatie gevonden in de binnenstad van Arnhem. Na een zomer lang geklust te hebben is eind augustus de nieuwe soos geopend waarna deze met de introductieperiode meteen de vuurdoop kreeg.

Arboricultura vierde in 2023 haar 23e lustrum en is hiermee één van de oudste HBO-studentenverenigingen van Nederland.

Reacties kunnen niet achtergelaten worden op dit moment.